Onkruid?

Best wel spannend, zo’n eerste zomer. Na een lente met hoge en lage temperaturen, wordt het in juni en juli echt warm met af en toe een flinke bui. De cranberry’s doen het goed. Maar de verschillende onkruiden ook. Elk perceel ziet er weer anders uit. Met meer of minder of ander onkruid. Onkruid? Het is maar net wat je gewend bent. In je strak gemaaide gazon misstaat elke paardebloem. In je rozenperk horen geen brandnetels thuis. Maar wat is er eigenlijk mis met vogelmuur, varkensgras en perzikkruid tussen de cranberry’s? Zolang de cranberry’s er geen last van hebben, mag er van alles tussendoor groeien. Daarom concentreren we ons bij het wieden vooral op het verwijderen van de hardnekkige, meerjarige soorten, zoals distels, ridderzuring en brandnetels. Perzikkruid knippen we weg als die zo groot wordt dat de cranberry in de schaduw komt. En daar hebben we handenvol werk aan. De andere, eenjarige planten zitten de cranberry’s niet echt in de weg en verdwijnen in de herfst of in de winter vanzelf, hopen we.

Maar als na een paar weken vakantie het onkruid weer een stuk hoger is, ziet het er eigenlijk niet uit en vraag je je af of de cranberry’s uiteindelijk toch niet het onderspit zullen delven. En ben je de wanhoop nabij als je uittelt hoeveel handen je nodig zou hebben om al dat onkruid weg te halen. Dit is een onkruidmerrie!! Of zijn we nog teveel verknocht aan het beeld van een akker die er - net als de voortuin - strak en schoon uit ziet? Het perzikkruid en de vogelmuur verdwijnen immers vanzelf en de andere onkruiden en de vergrassing worden teruggedrongen met de vernatting gedurende de winter. Veel onkruid is eenjarig, de cranberryplant kan wel honderd jaar worden. Geef de natuur de ruimte en het komt bijna vanzelf goed.

In een Amerikaanse handleiding voor cranberrytelers uit 1924 - toen geluk nog gewoon was en tuinbouw vanzelfsprekend biologisch - las ik dat vernatting in de winter een effectieve manier is om onkruid en vergrassing terug te dringen; maar ook dat het in elke situatie en voor elk veld toch weer anders is, door het weer, de bodemgesteldheid en de aanwezige vegetatie en zaadbanken. Dat merken wij ook: we hebben één veld met veel distels en twee velden met veel vergrassing. De andere velden hebben van alles wat. En de cranberry’s zijn ook niet allemaal hetzelfde. De Pilgrim cranberry’s blijven nog klein, groeien gestaag maar traag. Terwijl de Early Black en de Howes flinke uitlopers laten zien. De meeste planten zitten nog maar tien maanden in de grond. We willen pas over drie jaar oogsten. Geduld is een deugd. Maar het blijft wel spannend…

Cranberrys 1600523
Cranberrys 1600519
Cranberrys 1600522
Cranberrys 1600523
Cranberrys 1600524
Cranberrys 1600526
Trots